Leasing, renting of een investeringskrediet voor je bedrijfswagen?

Een bedrijfswagen is voor heel wat ondernemers – en hun medewerkers – onontbeerlijk. En de aankoop pak je maar beter doordacht aan. Als accountants hebben we het dan natuurlijk niet over de keuze voor een merk of kleur. Er zijn drie aankoopopties met elk hun voor- en nadelen, afhankelijk van je situatie: leasing, renting en een investeringskrediet of lening. Finezz heldert het verschil voor je op en helpt je om de beste keuze te maken.

Optie 1: investeringskrediet

In het geval van een investeringskrediet vraag je eigenlijk financiering voor een zakelijke aankoop. Dit is dus een klassieke lening. Je onderneming koopt de wagen aan en is bijgevolg de juridische en economische eigenaar. Je kiest het bedrag en de looptijd zelf, maar de wagen wordt over maximaal vijf jaar afgeschreven. De intresten zijn aftrekbaar.

Optie 2: financiële leasing

Een leasing is wellicht de eerste optie waaraan je denkt als het over bedrijfswagens gaat. Als onderneming ben je bij een leasing wel de economische eigenaar, maar de leasingmaatschappij is de juridische eigenaar.

Je schrijft de wagen net zoals bij een businesskrediet af op vijf jaar. Bovendien betaal je een leasingvergoeding, inclusief intresten én 21% btw, aan de leasingmaatschappij. Als het leasingcontract afloopt, kan je de wagen aankopen voor maximaal 15% van de volledige aankoopsom.

Optie 3: renting

En renting dan? Dat is een manier om een bedrijfswagen te verwerven die op het eerste gezicht lijkt op leasing, maar toch niet helemaal hetzelfde is. Want in dit geval is de leasingmaatschappij tegelijk de juridische én economische eigenaar van de wagen.

Dat betekent concreet dat je als onderneming het bedrag niét kunt afschrijven. Wat je betaalt aan de leasingmaatschappij – ook weer een vergoeding inclusief intresten en 21% btw – wordt wel in je resultatenrekening als huurkost opgenomen.

Ook bij renting heb je de optie om na afloop van het contract de wagen over te kopen, maar dan voor minimaal 16% van de aankoopsom. Hoe hoger het resterende aankoopbedrag (= de aankoopoptie) aan het einde van het contract, hoe lager de maandelijkse leasingvergoeding tijdens de contractduur zal zijn. En omgekeerd.

De beste keuze voor jouw onderneming?

Hoe beslis je? Wel, je keuze hangt vooral af van jouw plannen met de wagen. Wil je de wagen houden na vijf jaar? Dan vergelijk je het best de totale kost van de drie financieringsvormen. Meestal blijkt een investeringskrediet dan de goedkoopste manier.

Ga je de wagen na vijf jaar sowieso inleveren en je een nieuwe auto aanschaffen? Dan is renting met een hogere aankoopoptie vaak interessant.

Advies nodig bij de aankoop van je bedrijfswagen? Neem gerust contact op.